COLOFON

nr. 25 april/mei 2004
redactie:
Berrie, Anita, Hans, Tamara, Kim, Vincent, Martin, Harrie en Phuong

Redactieadres:
Stichting Vredesburo Eindhoven
Grote Berg 41
5611 KH Eindhoven
tel/fax: 040 2444707
e-mail: info@vredesburo.nl
Postbanknr: 5265491

Deze nieuwsbrief verschijnt 4x per jaar.

De volgende nieuwsbrief zal in juli 2004 verschijnen.


INHOUD:
* VOORWOORD
* STAGEPERIKELEN
* DE BIEP
* OVER HET VREDESBURO TIJDENS DE NIEUWE WERELDORDE (1991 - 2004)
* IT'S THE END OF THE WORLD AS WE KNOW IT AND I FEEL........................?? (1998 –2004 : het Vredesburo en het nieuwe millennium)
* HET VREDESBURO IN DE KOMENDE JAREN: EEN VOORUITBLIK

* JAARVERSLAG 2003

 

 

 

 

VOORWOORD

Dit is het 25e nummer van onze nieuwsbrief. Een aanleiding om wat te vieren, maar ook om eens achterom te kijken en vooruit te blikken. In maandbladtermen zou dit het 100e nummer zijn. Om als 3 maandelijks verschijnend tijdschrift te gaan wachten tot het 100e nummer, zouden we nog ruim 18 jaar moeten wachten op een jubileum. Ik vind dat onverantwoord. Elke reden om onszelf en de lezers een beetje in het zonnetje te zetten moet aangegrepen worden.
Mijn oproep aan de lezers in de laatste nieuwsbrief, om voorkeuren voor de inhoud van deze nieuwsbrief kenbaar te maken, heeft niet tot een grote hoeveelheid respons geleid. De weinige reacties waren helaas niet geschikt voor een jubileumnummer. Het ging in het algemeen om te specifieke onderwerpen, waarvoor we te weinig expertise in huis hebben en die te specialistisch van aard waren om te kunnen gebruiken. We hebben daarom gekozen voor een verandering van formaat van de nieuwsbrief en voor een wat beschouwende terug- en vooruitblik.
Naast al deze lol vindt U in deze nieuwsbrief natuurlijk ook de vaste rubrieken, zoals stageperikelen en De Biep. We hebben een nieuwe stagiaire in ons midden, die onze woensdagmiddagen voor een tijdje zal opvrolijken. Daarnaast is er ook nog steeds Tamara, die al zo lang hier is, dat het lijkt alsof hier altijd al is geweest. Ze is met plannen bezig voor een
“personeels”-uitje. Verder neemt Kim afscheid als stagiaire. Ik hoop, dat ze haar laatste opmerking oprecht meent. Het vervelende van het hebben van stagiaires is, dat je leuke jonge mensen ontmoet, die voor maximaal een jaar meewerken in onze organisatie en die je daarna voorgoed uit het oog verliest (uitzonderingen daar gelaten).
In De Biep de bespreking van een groot aantal nieuwe boeken, die gedeeltelijk als recentieexemplaar zijn ontvangen (waarvoor onze dank). Al de besproken boeken zijn te leen uit onze bibliotheek. Als U dus iets ziet wat U wel interessant lijkt, laat het ons weten, kom langs of we kunnen het ook (tegen vergoeding van de verzendkosten) opsturen.
Het jaarverslag 2003 van het Vredesburo kunt U hier vinden.

 

terug

 


STAGEPERIKELEN

Twee maanden, of langer! Of juist niet! De tijd gaat zo snel voorbij hier bij het Vredesburo, of juist niet! Wat is tijd? Dat houd ik niet bij en al helemaal niet sinds ik hier stage loop. De startdatum is 11 februari 2004, dat is wel zeker. Sinds september vorig jaar ben ik begonnen aan de opleiding CMV deeltijd. In dit land dien je overal gekwalificeerd voor te zijn. Dit is aantoonbaar onder andere (met nadruk eigenlijk) door middel van een diploma. Als dat één van de spelregels van dit menselijk web is, dat we gezamenlijk hebben opgebouwd, dan dien ik me daar wel aan te houden, toch? Misschien word ik dan wel serieus genomen! Niet dat een diploma mij tot een ander mens zal maken, maar misschien wel met meer kennis. Nuttig of juist nutteloos. Wat doet het ertoe! Kennis is kennis.

Waarom het Vredesburo als stageplaats? Heel simpel eigenlijk: doelstelling van het Vredesburo is het streven naar een vreedzame en rechtvaardige samenleving en dat is zo ongeveer ook de mijne! Helaas is het tegenwoordig niet stoer om idealen te hebben, maar wel om eruit te zien als Britney Spears. Waar gaan we heen met deze instelling? Let’s make love, not war! Zeggen is zo makkelijk, maar waarom doen we dat dan ook niet? Aan de andere kant: als iedereen het zou doen, dan hoeft het Vredesburo niet eens te bestaan en dat is ook niet de bedoeling.

Ik probeer tijdens mijn stage een ‘iets’ te ontwerpen voor het Vredesburo om kinderen van 11-12 jaar te stimuleren na te denken over het onderwerp: in hoeverre heeft mediageweld invloed op jou. Mensen interviewen, enquêtes houden, workshops geven; daar probeer ik me mee bezig te houden gedurende de 80 uur dat ik hier zit. Uiteraard hoort het neus-in-allerlei-zinnige-onzinnige-discussies-steken ook bij mijn taken.

Genoeg geschreven over mij tijdens deze eerste kennismakingsronde. Wie zijn jullie?

Als ik hier nog zit: dan tot de volgende nieuwsbrief en anders als het lot ons gunstig gezind is dan komen wij elkaar nog wel tegen!

Gegroet,
Phuong Pham (ja ja, dat chinees-look-a-like-zwart-langharige meisje)


In mijn eerste jaar Cultureel Maatschappelijke Vorming val ik meteen met mijn neus in de boter: stagelopen bij het Vredesburo! Gedurende 2 maanden ben ik hier kind aan huis geweest. Tijdens deze periode ben ik heel wat wijzer geworden over alles waar het buro zich mee bezig houdt en heb heel erg veel leuke nieuwe mensen mogen ontmoeten. Mijn onderzoek heb ik gericht op de vooroordelen die heersen bij jongeren ten aanzien van allochtonen en dan met name jongeren, die opgegroeid zijn op het platteland. Naar aanleiding van veel problemen in Brabantse dorpen met rechtse jongeren leek mij dit een geschikt onderwerp. Achteraf gezien kan ik dat ook bevestigen.
Ik ben er achtergekomen dat deze problematiek (want dat is het tenslotte) niet onderschat moet worden. Het frustrerende is alleen dat ik graag het probleem zou oplossen, maar dat dit generaties zal duren en ik het niet in mijn eentje kan oplossen. Misschien moet ik hier dan een levensmissie van gaan maken.
De tijd bij het Vredesburo is verschrikkelijk leerzaam geweest.Daar ben ik alle medewerkers ook zeer dankbaar voor!!
Ik heb ontdekt dat idealisme niet vies is en dat vegetarisch koken best hectisch kan zijn. Naar alle waarschijnlijkheid ben ik gedoemd te blijven hangen bij deze stichting en zal ik nog wel wat van me laten horen.

Kim


Hallo beste lezers!

Het zit er al bijna weer op met mijn stage, nog een weekje of 6 en dan moeten jullie mij wel ontzettend gaan missen!
De laatste loodjes wegen het zwaarst zeggen ze, maar dat valt ook wel weer mee. Ze gaan alleen ontzettend langzaam….Gelukkig heb ik een nieuwe passie gevonden: ijsco’s verkopen. Met mijn bakfiets/ijscokar, die vriest en mixt op zonne-energie, ben ik de komende tijd overal te zien in heel Nederland. Hoe je op zo’n idee komt? Vraag ik me ook wel eens af, maar eraf kom ik zeker niet meer. Na een flinke investering in een zonnepaneel, vriezer en een enorme hoeveelheid ijs is het nu alleen nog maar hopen op tropische warmtefronten. Afgelopen zondag (16 mei) was ik te zien op de feestmarkt van de Emmaus in Eindhoven en dan sta ik nog op de Klimaatconferentie in Maastricht en hopelijk 2 weken op Ecotopia. Kom maar een keertje langs!!
Naast alle ijscodrukte/gekte zal ik voor het Vredesburo-personeel nog een ontzettend leuke dag organiseren, en daarnaast nog een klein onderzoek afronden over de financiering van kleine maatschappelijke instellingen.
Ik hou jullie op de hoogte,

Groetjes Tamara

 

 

Zeefdrukken bij Rakelpower in Nijmegen

Een anekdote van een tasje

Ik was een leeg, kaal en kleurloos tasje, zo één waar er duizenden van bestaan, een beetje gebroken wit en met van die hengsels. Daar werd ik dan aan gedragen. Maar sinds donderdag ben ik blij, want ik heb kleur gekregen en ik heb nu 2 knuffelende vriendjes die pronken op mijn linnen torso. All the arms we need, staat erbij, wat daar nou mee bedoeld wordt, gaat mijn stiksels ver te boven. Maar alles is nu wel anders geworden, want als mensen nu langs me heen lopen worden ze heel vrolijk, en glimlachen ze naar mij!!
Dankje wel hoor Vredesburo-vrouwtjes!!

Veel stiksels!
Tassie

(Tassie is voor € 2,- te koop bij het Vredesburo)

 

terug

 

 

DE BIEP

Omdat dit onze vijfentwintigste Nieuwsbrief alweer is, deze keer extra veel ‘goeie’ boeken!

“De naakte waarheid”van Monireh Baradaran, ISBN: 9041760091.

Verschenen in 2001 als ‘zilver pocket’, in samenwerking met uitgeverij Greber en het Platform van Iraanse Vluchtelingenorganisaties in Nederland (PIVON). Het is ontzettend knap dat Monireh Baradaran, die vanwege haar politieke opvattingen negen jaar gevangen zat in Iraanse vrouwengevangenissen, haar ervaringen zo levendig heeft kunnen weergeven. Zij vertelt over haar gruwelijke ervaringen vanaf haar arrestatie tot het moment van vrijlating. Haar indringende verhaal geeft een beeld van de mensonterende methoden waarmee het islamitische regime van Iran politieke gevangenen ‘op het goede pad’ trachtte te brengen. Ook laat zij met groot psychologisch inzicht zien hoe gevangenen onder de druk van de omstandigheden veranderen. Veranderingen die aan Monireh evenmin voorbijgaan en waardoor zij uiteindelijk de voorwaarden voor vrijlating accepteert. Na haar vrijlating vluchtte zij naar Duitsland. In 1999 werd zij terecht onderscheiden door de Internationale Liga voor de Rechten van de mens in Berlijn.

 

 

“Macht en terreur, de wereld na 11 september” van Noam Chomsky, een uitgave uit de Kritische reeks van Lemniscaat, 2003, ISBN: 9056375482.
Een verzameling van interviews, essays en lezingen die Noam Chomsky in 2002 heeft gegeven naar aanleiding van de gebeurtenissen in de VS op 11 september. Hij plaatst deze gebeurtenissen in de context van de Amerikaanse interventies na de Tweede Wereldoorlog: Vietnam, Midden-Amerika, het Midden-Oosten en elders. Volgens hem kun je niet praten over het terrorisme van de zwakken tegen de machtigen als je niet ook ‘het onbespreekbare maar veel extremere terrorisme van de machtigen tegen de zwakken’ onder ogen ziet. Als je kijkt naar het negeren van internationale verdragen en naar het leed dat de burgerbevolking wordt aangedaan, dan is er zijns inziens geen principieel verschil tussen de aanslagen van moslimextremisten en de oorlogspolitiek van Amerika.


“Explosieve materie, Nederlandse wapenhandel blootgelegd”, door Martin Broek en Frank Slijper. ISBN: 90 67281603. Een uitgave van de Papieren Tijger, 2003.
De schrijvers van dit boek volgen de Nederlandse wapenhandel en de leveranties van Nederlandse wapens al jaren. Vasthoudend spitwerk heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat de Tweede Kamer de regering dwong het wapenembargo tegen India en Pakistan te handhaven. Maar ondanks dit soort succesjes, moeten onderzoekers naar wapenhandels beschikken over een lange adem. Want ze ondervinden veel tegenwerking. Wapenhandel geniet immers actieve bescherming tegen kritische blikken. Mensen die kritiek op wapenhandel hebben of daar meer over willen weten, zijn in de ogen van de geheime diensten gevaarlijker dan de wapentransacties zelf. Een uitgebreid naslagwerk met zeer interessante informatie over de Nederlandse staat, AIVD en buitenlandse en bedrijfspolitiek. Voorzien van kopieën van bewijsmaterialen en tabellen voor het overzicht in de wirwar van het bedrijfsleven.

 

 

“Trek het je aan, wat je weten moet over globalisering” door Anita Roddick. Uitgeverij Lemniscaat, 2003, ISBN: 90 56375466.
Het is een stevig zeer kleurrijk boek, rijk geïllustreerd met veel kleurenfoto’s en pakkende teksten van “anders-globalisten” . Deze uitvoering zal zeker veel mensen aanspreken en uitnodigen tot lezen en hopelijk verdieping in de materie. Het boek gaat over de manier waarop gewone mensen overal ter wereld globalisering persoonlijk ervaren. Anita Roddick, oprichter van de “The Body Shop”, laat ons door middel van foto’s en teksten een wereld zien waarin mensen worstelen met problemen als armoede, milieu, vrouwenhandel en kinderarbeid. Maar ook een wereld waarin mensen ondanks alles vechten voor een verbetering van hun situatie, hun rechten. En zij doet dat met zoveel betrokkenheid dat je als lezer niet aan de kant kunt blijven staan. zie ook www.anitaroddick.com.

 

 

 

“Wat van ver komt is lekker? Essays over landbouw en globalisering” een uitgave van Jan van Arkel, 2004, ISBN: 90622445172, prijs € 9,95.
In deze uitgave van Milieudefensie, geven diverse boeren, politici, wetenschappers en mensen uit de milieubeweging hun visie op globalisering en de landbouw. Een zorgelijke ontwikkeling. Volgens Wouter van Eck streeft Milieudefensie er niet naar de grenzen af te sluiten, want internationale handel in landbouw- producten kan belangrijk zijn voor de armoedebestrijding. “Maar om die rol waar te kunnen maken, moeten sociale en ecologische criteria aan handel veel belangrijker worden. Er wacht ons allen een enorme taak in het aanzwengelen van de Maxhavelarisering van de wereldhandel.” In dit boek komt dan ook het Europese landbouwbeleid aan de orde, de rol van boerenorganisaties, de agribusiness en de WTO.

 

 

“Naar een cultuur van Vrede en Geweldloosheid”, van Evert Huisman. Uitgave: Stichting voor Actieve Geweldloosheid 2003, ISBN: 9063461151
Dit prachtige boek mag natuurlijk niet ontbreken op het Vredesburo. Het is alleen al als naslagwerk heel waardevol. Zorgvuldig zijn de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van oorlog en vrede gedocumenteerd en rijk geïllustreerd op de naastgelegen pagina. Omdat het boek al in veel tijdschriften is besproken, hoef ik er verder niets meer over te vermelden. Ik raad alle vredesdenkers die het boek nog niet kennen aan het boek eens te komen bekijken of te lenen of aan de privé collectie toe te voegen.

 

 

 

 

 

“Drinken uit de zee van Gaza”, van Amira Hass, Uitgeverij De Balie 2002, ISBN: 9066172800.
Als eerste Israëlische journaliste ging Almira Hass in 1993 wonen in de Palestijnse enclave Gaza. Ze beschrijft de dagelijkse, vaak zeer kafkaëske besognes van de Palestijnse bewoners, hun hoop en ontberingen. Ze documenteert zowel het familieleven als de politieke sfeer, de stelselmatige vernedering en de het daaruit voortvloeiende religieus fanatisme. Ze ontziet noch de Israëlische onderdrukker, noch het autoritaire regime van Yasser Arafat. Boven alles brengt zij de geest van de bewoners van Gaza tot leven: een mengeling van fatalisme en vitaliteit, cynisme en geloof tegen beter weten in. Hass toont overtuigend aan waarom het stoppen van terreur niet moet worden gezocht in nog rigoureuzere veiligheidsmaatregelen, maar ‘in de sociale, economische en historische context, in het verzachten van het menselijk lijden’. De auteur ontving in 2002 één van de Prins Claus Prijzen.

.

 


“Het recht anders te zijn, van Theirry Verhelst, Uitgeverij CIMIC – EPO. ISBN: 9064453195.
Dit boek berust op de overtuiging dat het onzichtbare en niet-kwantificeerbare in elke samenleving ten minste van even groot belang is als wat kan worden gezien en gemeten. In elke samenleving zijn de wortels van de problemen en van de kansen op positieve verandering niet alleen technisch of economisch, maar ook cultureel en spiritueel. Volgens Verhelst schuilt er een enorme kracht in de diepere zin die elk mens en elke gemeenschap aan het leven geeft. Deze kracht zorgt veelal in het Zuiden voor weerstand tegenover de vervreemdende ontwikkelingsstrategieën en -projecten en leidt ook soms tot haat en geweld. Anderzijds bieden lokale culturen kiemen van creativiteit op het sociale, economische vlak. Het motto van het Wereld Sociaal Forum ‘Een andere wereld is mogelijk’ kan alleen waargemaakt worden indien cultuur en zingeving een centrale plaats krijgen in ons denken en ons handelen.

 

 

 

“Cirkels van wraak”, van Cooper Doe en Bram Posthumus. Uitgeverij BZZTôH. ISBN: 9055018228.
Liberia ontstond in het begin van de 19de eeuw als wijkplaats voor vrijgekochte Amerikaanse slaven. Het land trad pas weer echt op de voorgrond tussen 1989 en 1997, toen er een verschrikkelijke burgeroorlog woedde. Hoewel de feiten nauwelijks tot het Westen doordrongen, staan de beelden van kindsoldaten op het netvlies van velen gegrift. Maar wat waren de achtergronden van deze tragedie? Door uitgebreid onderzoek wisten de auteurs echter een fors aantal redenen te achterhalen: politieke, historische en vaak ook zeer persoonlijke motieven. Cooper Doe is de zoon van Samuel Doe, president van Liberia vanaf 12 april 1980, die in september 1990 werd afgezet en op gruwelijke wijze vermoord. Cooper Doe is politiek vluchteling en woont al jaren in Nederland. Bram Posthumus is journalist en gespecialiseerd in Afrikaanse vraagstukken, waarover hij regelmatig publiceert in vooraanstaande tijdschriften.

 

terug

 

 


OVER HET VREDESBURO TIJDENS DE NIEUWE WERELDORDE (1991 - 2004)

Als bijna veertiger ken ik het Vredesburo uiteraard al wat langer. In die tijd maakte ik muziek en werkte in een cultureel centrum, waarbij, door de snelheid, de gebeurtenissen bijna aan het Vredesburo voorbij schoten. In ieder geval, dat leek zo te zijn. Echter het Vredesburo bleek meer aandacht te schenken aan de absolute waarde, die het vertegenwoordigt, meer dan aan de fantasie van de dag en spontaniteit, waar kunstenaars mee werken. Samenwerking tussen het Vredesburo en artiesten vond plaats op het gebied van burgerinitiatief. Woon- en werkpand Burgers is daar een voorbeeld van. Maar ook tijdens demonstraties of manifestaties.
Ruim 10 jaar geleden veranderde de wereld echter bijzonder. Er werd gesproken over een nieuwe wereldorde. De muur viel, Irak werd voor het eerst aangevallen en de oorlog in Joegoslavië ontbrandde. Vooral vanwege dit laatste feit kwam ik nog meer in contact met het Vredesburo: Joegoslavië was immers al mijn tweede vaderland geworden, vanwege de vele keren, dat ik dat land heb bezocht met muziek. Al tijdens de Balkanoorlog hebben we als muzikanten onze diensten aangeboden aan het Vredesburo en in samenwerking zijn er diverse brochures en informatieprogramma’s gemaakt over voormalig Joegoslavië.

In 1996 stond ik voor een dilemma. De club, waar ik werkte, miste de sfeer van weleer en had dunne benen voor de toekomst. De band, waarmee ik speelde, liep op haar laatste benen, sommige muzikanten moesten aan hun maatschappelijke situatie denken. Het idee dat ik helemaal opnieuw zou moeten beginnen met dezelfde mensen sprak weinig aan. Ondertussen deed zich de mogelijkheid voor als muziektherapeut te werken in naoorlogs Sarajevo. Ik heb meteen de mogelijkheid aangegrepen en het Vredesburo het voorstel gedaan om een Buitenpost te openen voor het Vredesburo, zodat het Vredesburo hiermee alle vragen over voormalig Joegoslavië kan doorsturen en mensen kan
stimuleren zich verder te verdiepen in de Balkan. Hiermee bleef ik bij de muziek, hiermee bleef ik sterk verbonden met Eindhoven, mijn thuis, en zo kreeg ik de mogelijkheid nieuwe ervaringen op te doen. Dit paste in het nieuwe beeld van het Vredesburo. Van de 20 tot 25 Vredesburo’s die begin jaren 80 zijn opgericht is het Eindhovens Vredesburo één van de weinige overlevenden. De reden hiervoor is het feit dat het Vredesburo mee is geëvolueerd naar de nieuwe situatie, naar de nieuwe wereld. Het Vredesburo is meer dan een antimilitaristische club van de oprichting in 1980 en het is meer dan een informatie- en documentatiecentrum voor vredesvraagstukken. Het Eindhovens Vredesburo heeft zich namelijk ook ontwikkeld op het gebied van sociale cohesie (stimulering burgerinitiatieven) en werkt vaak samen met partners aan wat ‘mondiaal bewustzijn’ genoemd kan worden. Deze veranderingen zijn niet vreemd, de wereld verandert steeds weer en tegenwoordig steeds sneller en sneller. Wij beschouwen het als taak van het Vredesburo om maatschappelijke veranderingen, zeker op het internationale vlak, bekend te maken, mensen de mogelijkheid te geven ervaring er mee op te doen, geconfronteerd te worden met ouderwetse wereldbeelden, en dergelijke. Dit valt samen met het feit dat de multiculturele samenleving ‘in opmars is’ om het zo maar even eufemistisch te noemen en de voortschrijdende techniek het mogelijk maakt met iedereen in de wereld te communiceren.

Ooit verbaasde het mij dat het einde van de koude oorlog niet betekende dat we er gezamenlijk het beste van gingen maken. De (Oost-Europese) wereld werd opgekocht en de arrogantie van de ‘winnaar’ steeg met stip. Inmiddels 15 jaar na de val van de muur en 10 jaar na het verdrag van Maastricht, weten wij niets meer van de Grieken of Italianen. Nu er 10 nieuwe EU partners zijn mogen wij niet dezelfde fout maken. Mondiaal bewustzijn is daarbij van eminent belang. Op dit laatste vlak heb ik mij vooral toegelegd, om te voorkomen dat ik ergens vast kom te zitten in een niet veranderende wereld of terug moet naar de kunst, maar dan niet om te maken wat het hart vertelt, maar te maken wat het publiek verlangt.
Om een indruk te geven wat dit werk voor mij heeft ingehouden: Drie jaar Buitenpost in Sarajevo heeft mij bijzonder veel levenservaring gegeven en een nieuwe taal. Projecten zijn uitgevoerd in of over Tibet, Filippijnen, Koerdistan, Servië, Wit-Rusland, Ghana, Rwanda, Maleisië, USA, EU, Polen, Albanië, Syrië. Tientallen mensen uit Eindhoven zijn verder geholpen met hun ideeën. Tientallen mensen hebben reizen ondernomen binnen het kader van dit Vredesburowerk.
Bijzonder vaak betrekken wij de culturele wereld bij de sociaal maatschappelijke activiteiten, waardoor de waardering voor deze projecten en voor de kunstenaars, die hierin participeren, wordt verhoogd. Hiermee heeft het Vredesburo enorme expertise opgebouwd in het huidige Europa en heeft tegelijkertijd haar publiek in het Eindhovense bijzonder veel vergroot. Zelfs al krijgt het Vredesburo problemen met haar werknemers in verband met de ID-banen, de expertise en de relatie met het publiek zullen blijven bestaan en de noodzaak voor het bestaan en het werk van het Vredesburo zal iedere keer worden bewezen.

 

 

terug


IT'S THE END OF THE WORLD AS WE KNOW IT AND I FEEL........................??

1998 –2004 : het Vredesburo en het nieuwe millennium

Terugkijkend op de periode dat de nieuwsbrief van het Vredesburo verschijnt zijn er 3 gebeurtenissen die als bakens in dit tijdsgewricht zijn opgedoemd.
Ten eerste de overgang naar een nieuw millennium, ten tweede de aanslag van 11 september, en ten derde de moord op Pim Fortuyn. Van alle drie de gebeurtenissen is gezegd dat de wereld er anders door is geworden of zal worden.
Een nieuw millennium vol met nieuwe mogelijkheden was de hoop. De VN riep de eerste 10 jaar al meteen uit tot decennium voor/van de vrede: een poging om de verschrikkingen van de 20e eeuw om te zetten in een nieuwe positieve richting. En, laten we eerlijk zijn, de 20e eeuw was de bloederigste uit de menselijke geschiedenis. Schattingen over het aantal mensen, dat in conflicten omkwam, lopen uiteen van 90 tot 130 miljoen. 2 Wereldoorlogen raasden over de mensheid heen. “Dat nooit meer!” werd een gevleugelde kreet, omdat men vond dat de grenzen van menselijkheid aan alle kanten werden overschreden. Ondanks de idealen van de door het westen zo gekoesterde verlichting leek het alsof niet ons verstand, maar de onderbuik met zijn emoties van geweld en nationalisme de wereld regeerden. Het nieuwe millennium zou de weg moeten wijzen naar betere verstandhoudingen, versteviging van internationale organisaties, meer begrip en tolerantie. De mensheid maakte zich op om alles anders te gaan doen. Een datum als startpunt voor grote veranderingen. Jammer genoeg was een eerdere wisseling van het jaar 999 naar 1000 niet een begin van iets positiefs, maar de overgang naar een aantal eeuwen, die later als donker en duister werden bestempeld. Maar laten we niet gaan doemdenken. Het nieuwe millennium schreeuwt om constructieve oplossingen voor allerlei problemen. Dit vergt bereidheid en een kijk op problemen, die verder gaat als het eigen (nationale) belang. Het Vredesburo heeft de datum niet aangegrepen om alles anders te gaan doen. Nadat de kruitdampen opgetrokken waren van het vuurwerk zijn we heel gewoon doorgegaan op de weg die we ingezet hebben in het midden van de jaren 90: ondersteuning van plaatselijke groepen, projecten internationaal, een aantal speerpunten per jaar en vooral hard en stug doorwerken.
De aanslag in New York op 11 september heeft het mondiale politieke landschap ingrijpend veranderd. De contouren van de koude oorlog kwamen terug in een nieuw vijandsbeeld. Wij (het vrije, Christelijke, democratische Westen) tegen hen (dictatoriaal, Islamitische Oosten). De “war on terror” werd een term die inmiddels niet meer weg te denken is uit het vocabulaire van de internationale gemeenschap. Aanslagen, oorlogen en een verharde en verbitterde wereldgemeenschap zijn het gevolg. Nederland, lange tijd gezien als een liberaal en vooruitstrevend land, loopt in de pas met de overtuiging dat meer veiligheid belangrijker is dan de burgerlijke vrijheden, waar we zo gewend en gehecht (?) aan waren. Het lijkt erop alsof men al een keuze gemaakt heeft voor de militaire aanpak: wie niet horen wil moet maar voelen.
Er wordt gepleit voor dialoog, maar in de praktijk regeert de monoloog van de sterke arm. Soms bekruipt mij het gevoel dat we kost wat kost mensen willen overtuigen van onze normen en waarden, terwijl we er zelf steeds minder naar gaan leven. Zelf een goed voorbeeld geven gekoppeld aan “men overtuigt niemand met geweld” lijkt mij een positiever uitgangspunt als de huidige internationale politiek. Dat de gebeurtenissen invloed hebben, ook op stedelijk niveau, is duidelijk. Steeds meer mensen volgen in de voetsporen van hen die vinden “dat er niet meer gepraat” hoeft te worden. Spanningen groeien snel in de Nederlandse samenleving. We denken de vijanden te zien binnen de landsgrenzen, een dreiging waartegen wij ons moeten wapenen. Multicultureel denken is uit, ons poldermodel is ingeruild voor de ferme jongens-stoere knapen retoriek die zichzelf presenteert als enige oplossing voor de softe aanpak uit het verleden. Op grote en kleine schaal stokt de communicatie en het lijkt mij een grote kluif om deze weer op gang te brengen. De positie van het Vredesburo is om waar mogelijk de dialoog te zoeken en de weg van de kleine stapjes te hanteren. Meer dan ooit is er de noodzakelijkheid om op elk nivo mensen bij de discussie te betrekken i.p.v. buiten te sluiten..
De dood van Pim Fortuyn is voor de Nederlandse samenleving een gebeurtenis geweest die gerammeld heeft aan de fundamenten van ons bestel. Het principe dat we vrijheid van meningsuiting hebben is van het grootste belang voor iedereen. Dat er grenzen zijn en waar die liggen is an-sich een discussie, maar mag nooit een reden zijn tot geweld. In de rustige polder werden we geconfronteerd met “Italiaanse” toestanden. Een van de meest vreemde en treffende opmerkingen was de verzuchting: “het is maar goed dat het een gewone blanke Nederlander is die geschoten heeft”, het geeft aan hoe zwaar ons multiculturele model onder druk ligt. Alle mensen die “onze Pim” volgden waren het over één ding roerend met elkaar eens: “eindelijk iemand die durfde te zeggen wat de mensen dachten”. Democratie maakt mensen blijkbaar niet mondig en het zoeken naar een sterke man lijkt een nog niet uitgebannen principe. De aangekondigde vernieuwing van de Nederlandse politiek smoorde in vriendjespolitiek en nog veel meer draaikonterij als we al gewend waren. Onthutsend waren de bijdrages van de erfgenamen van Pim aan het publieke debat. De dood van Fortuyn leidde niet tot verandering. Het keihard roepen dat alles anders zou worden verhulde dat juist de nieuwe politici dat deden wat ze anderen hadden verweten: vastgebakken aan het pluche van de achterkamertjes politiek bedrijven en zorgen voor de aanvoer van veel rotte vis. De moord op een politicus is eigenlijk een momentopname van de toestand van de Nederlandse wereld. Geloof in de democratische beginselen holt achteruit. Het geloof in markt, individueel overleven en een ongecontroleerd materialisme heeft in de afgelopen jaren van Nederland een staat met een vreemd onaangenaam luchtje gemaakt. Idealen worden vaarwel gezegd en vervangen door een pragmatisme, dat nauwelijks verhuld dat wie goed zit beter gaat zitten en dat wie slecht zit ook nog eens de poten onder de stoel worden weggezaagd. Democratie is discussie, informatie en verder kijken als het eigenbelang. Democratie is respect voor en rekening houden met. Nationaal en internationaal wordt het steeds meer een lege huls opgevuld met eigenbelang. In de marge van al deze gebeurtenissen proberen we als Vredesburo een geluid te laten horen. We roepen zo hard als we kunnen maar soms komen we niet uit boven het geluid van al die mensen die vinden : “ de mens is slecht en dat veranderd toch niet”. Het moge duidelijk zijn, dat we ons daar niet bij neerleggen. Op weg naar de volgende 6 jaargangen !!

 

terug

 


HET VREDESBURO IN DE KOMENDE JAREN: EEN VOORUITBLIK

Het Vredesburo heeft in zijn bijna 25 jarige bestaan een roerige geschiedenis achter de rug waarin steeds met succes geprobeerd is om visie en aktiviteiten aan de aktualiteit aan te passen. De rode draad in deze visie is echter nog steeds (helaas) erg aktueel. De secretaris-generaal van de VN, Kofi Annan, verwoordde het onlangs nog eens treffend door te wijzen op de vier vrijheden die door F. D. Roosevelt geformuleerd waren:

· Vrijheid van meningsuiting
· Vrijheid van godsdienst
· Vrijwaring van gebrek
· Vrijwaring van angst

De rode draad in onze aktiviteiten is: duidelijk maken dat, ons inziens, militaire macht er niet voor kan zorgen dat deze vrijheden gewaarborgd worden, zeker niet de laatste twee.

Het uitdragen van deze visie heeft twee componenten:

1. Het geven van informatie op zo veel mogelijk manieren en op zo veel mogelijk doelgroepen gericht, waardoor mensen een beter inzicht krijgen in de achtergronden van conflicten, geweld etc., oftewel in de oorzaken die een grotere verbreiding van de genoemde vrijheden in de weg staan.

2. Het aktiveren van mensen om zelf aan het politieke debat deel te nemen, hun stem te laten horen en mee te doen aan het werken aan deze wereld, zowel in de naaste omgeving, als internationaal, om deze wereld een stukje veiliger en leefbaarder voor iedereen te maken.

Wij doen dit natuurlijk niet alleen, en zullen ook in de toekomst zoveel mogelijk samenwerking zoeken. Veel gebeurt in samenwerking met de gemeente Eindhoven, welke ook beleid heeft ter ondersteuning van mondiale bewustwording. Daarnaast natuurlijk samen met een aantal plaatselijke en landelijke organisaties, die werken op het gebied van mondiale bewustwording. Hierbij moet ik wel een waarschuwing geven: De in het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Met name niet omdat het voortbestaan van de arbeidsplaatsen bij het Vredesburo, op dit moment via de ID-regeling ingevuld, erg onzeker is door de afschaffing van die regeling.

Het kunnen continueren van onze aktiviteiten op dit moment, zoals:
· Voorlichting geven in Projecten op scholen rond het thema “geweld op school”
· Eindhoven een grotere internationale uitstraling geven door uitwisselingsprojecten met diverse landen en het project “in 80 vragen de wereld rond”
· Andere kleinere organisaties ondersteunen in hun aktiviteiten, met name een aantal organisaties van Afrikanen in Eindhoven
· Organiseren van informatie en discussie bijeenkomsten
· Met standjes en informatie evenementen bezoeken
· Meeorganiseren van het Vrijheidsfestival
· En nog veel meer,
is volstrekt onzeker.
Veel van deze aktiviteiten zijn een succes omdat wij professionele medewerkers met de juiste competenties hebben. Dit scala van aktiviteiten is als vrijwilligerswerk absoluut niet uit te voeren.

Het omzetten van de ID-banen in reguliere banen is alleen mogelijk, wanneer daar door de gemeente geld voor beschikbaar gesteld wordt. Wij werken met een budget van tussen de 10.000 en 15.000 op jaarbasis, er is dus geen geld voor loonkosten. Onze subsidiegevers laten het betalen van loonkosten uit subsidiegelden ook niet toe. Wij voeren aktiviteiten uit die hard nodig zijn, maar die zelf nooit geld op zullen brengen.

Kortom ik was van plan geweest om in dit artikel een aantal speerpunten te noemen, waar wij de komende jaren aan willen gaan werken. Maar omdat het onzeker is dat er volgend jaar nog medewerkers zijn, die daar aan kunnen werken, is het enige speerpunt voor het bestuur op dit moment: lobbyen voor het behoud van de arbeidsplaatsen bij stichting Vredesburo, zodat er in de toekomst ook nog op een professionele manier aan het verwezenlijken van onze doelstellingen gewerkt kan worden.

Harrie Karis
Bestuurslid Stichting Vredesburo.

 

terug