Vredesburo Nieuwsbrief nr. 68

titel24bits

__paint_for_peace___by_xxchiharudawnxx-d63182e

Ditmaal met het Vredesburo Jaarverslag 2014.

 

COLOFON
nr. 68 mei 2015
Redactie: Berrie, Hans, Anita, Hub, Jop

Redactieadres:
Stichting Vredesburo Eindhoven
Grote Berg 41
5611 KH Eindhoven
tel/fax: 040 2444707
e-mail: info@vredesburo.nl
Bankrekeningnr.: NL33 TRIO 0784731578

Deze nieuwsbrief verschijnt 4x per jaar.
De volgende nieuwsbrief zal in augustus 2015 verschijnen.

 

INHOUD

Redactioneel

Stageperikelen

De Blaadjes

De Bieb

Recensies

Zijn en Doen

Vredesburo Jaarverslag 2014

 

redactioneel

Het is weer hoogste tijd voor een nieuwe nieuwsbrief. In deze nieuwsbrief vindt u het jaarverslag van onze activiteiten in het afgelopen jaar. U zult hier geen verslag in vinden van onze werkzaamheden rond de herdenking van 70 jaar bevrijding van Eindhoven. Deze omissie is het gevolg van alles wat zich hier omheen heeft afgespeeld. Ik zal proberen in het kort hier wat over te vertellen.
Aan het begin van 2014 werd er vanuit de gemeente Eindhoven aan ons gevraagd om in de herdenkingsweek in september, genaamd “Remember September”, iets te doen rondom multicultureel Eindhoven. We zijn daar enthousiast mee aan de slag gegaan. In de loop der maanden hebben we voor een interessant programma met cultuur en inhoud gezorgd. We hadden een prima locatie gevonden. Het enige wat nog ontbrak was de financiële invulling. Hier begon de ellende. De organisatie, die de financiële verantwoording droeg, vertelde ons, dat de kosten van ons programma te hoog waren. We hebben aan de hand van hun opmerkingen de kosten omlaag gebracht en het opnieuw ingediend. Daarna hoorden we niets meer. We hebben een aantal keren een verzoek gestuurd om een antwoord. In juli, kort voor de vakantie, hebben we besloten de activiteit af te gelasten. We hadden contacten met personen en groepen, die een gedeelte van het programma zouden invullen. We vonden niet, dat we hen nog langer aan het lijntje konden houden. Vandaar dat we het besluit genomen hebben om te stoppen. We hebben dit besluit ook aan de organisatie doorgegeven, maar zelfs daar hebben we geen reactie op ontvangen.
De frustratie rond dit hele gebeuren heeft ertoe geleid, dat het niet opgenomen is in ons jaarverslag. Ik vind echter wel, dat het vermeld moet worden. Vandaar dat het hier gebeurt.
Verder in de nieuwsbrief: de Bieb, Recensies, Stageperikelen. In de rubriek “Zijn en Doen” een verslag van onze betrokkenheid bij acties rondom de Ebolacrisis. Ik heb voor de rubriek “De Blaadjes”, als proef, gekozen voor een compacter formaat.
In september is het Vredesburo weer Ambassade van de Vrede. We willen zelf in de Vredesweek een activiteit organiseren met een inspirerende spreker. Als u een idee heeft laat het ons dan weten via het redactieadres.
terug
stageperikelen

Zoals ik in mijn vorige stukje aangaf, zou ik ook enkele lessen voor de klas komen te staan, in het kader van de lessen over pesten, oorlog en vrede van stichting Vredesburo. Ik heb er inmiddels 2 opzitten. Als ik lesgeef, vraag ik me steeds af: wat is nu mijn bedoeling? Waar gaat het echt om? Mij gaat het er uiteindelijk om dat kinderen en jongeren hun eigen leraar zijn. Als ik een verschil ervaar tussen mij en iemand anders, dan ervaar ik het als een soort oversteken op een drukke verkeersweg, om daar te komen. In een les probeer je met concrete situaties over verschillen te praten. En daarvoor heb je natuurlijk wel een onderwerp of lesmethodiek nodig. Ik werk met foto’s waarop je ziet hoe mensen met elkaar in contact zijn en hoe ze elkaar aanraken. Zo kom ik te praten over grenzen en doe het altijd zo dat kinderen dat van elkaar te weten komen. Erg leuk, vind ik zelf. Zij soms ook, soms niet. Er lijkt soms een hele trukendoos voor nodig om het interessant te houden. Ik hoop nog eens een paar ’trucjes’ van Hans te leren, ook eens een andere les te geven. Wie weet!
Begin juni organiseer ik een serie kleinschalige activiteiten voor en met groepen in Eindhoven en omstreken die een verbinding hebben met Indonesië. Ik doe het speciaal voor hen, maar nodig ook de Nederlander graag uit. Waarom? Ergens heb ik het gevoel dat je als sociaal werker best naar die groep kunt kijken, naar wie of wiens familie slachtoffer is geworden van de koloniale geschiedenis in Nederlands-Indië.
Hier even kort de geschiedenis. Volgens de Indonesische geschiedschrijving werd op 1945 de onafhankelijkheid van Indonesië uitgeroepen. Kort hierna vocht Nederland voor het behoud van de kolonie Nederlands-Indië. Toen we capituleerden, gingen veel Indo’s en Molukkers naar Nederland. Hun land van herkomst herbergt veel verschillende culturen en stammen. Dat betekent dus dat die groepen in Nederland ook verschillende culturen hebben. Voelen zij zich verbonden met elkaar? Hoe gaat een generatie om met het verlies ‘van hun geboorteland’? Hoe is dit voor de (klein)kinderen? Kun je daarover praten?
Samen met Eindhoven in Dialoog organiseer ik dialooggesprekken en doe ik wellicht wat dingen in spelvorm. Daarnaast vertoon ik in samenwerking met Movies that Matter de film Look of Silence. Meer weten? Wil je wellicht deelnemen? Mail me op info@vredesburo.nl en vraag naar Jop Nozza.
terug
de blaadjes

oneworld_klNaam: One World
Ondertitel: Be part of it
Uitgave van Stichting NCDO
Verschijnt 10x per jaar
Abonnement via www.oneworld.nl/contact

Onderwerpen: Derde Wereld, Milieu, Duurzaamheid.
Trefwoorden: balans van meningen, onderwerpen worden met elkaar verbonden.
Thema’s: o.a windenergie.
Diverse columns.
Reportage: Vrouwenbesnijdenis.
Veel foto’s en illustraties.
Naast langere reportages en artikelen ook korte artikelen over een grote variatie onderwerpen.
terug
de bieb

De volgende boeken zijn onlangs in ons uitleensysteem gezet:
Een tocht naar het geluk”, van Bernard Benson, Uitgeverij Kritak, 1982, 148 pagina’s; “Tirannen”, door Aidan Chambers, Uitgeverij Querido, 1995, 141 pagina’s; “Vredesopvoeding”, door Rob Aspeslagh, e.v.a., Uitgeverij De Horstink, 1981, 120 pagina’s; “Artsen tegen oorlog”, door Jef De Loof, Uitgeverij Grammens, 1985, 73 pagina’s; “Hiroshima and Nagasaki”, div. auteurs, Uitgave Basic Books Inc.,1979, 706 pagina’s; “Vredesbeweging”, door Ph. Everts en G. Walraven, Uitgeverij Het Spectrum, 1984, 103 pagina’s; “Chernobyl, environmental, health and human rights implications”, div. auteurs, Uitgeverij IPB Wenen, 1996, 233 pagina’s; “Peace and disarmament“, van Academic Studies, uitgave van Progress Publishers Moscow, 1980, 376 pagina’s; “Standplaats Beiroet”, Jan Keulen, Uitgave De Volkskrant, 1984, 82 pagina’s; “Kijkboek over gastarbeid”, door Robert de Hartogh, Uitgeverij NCB, 1977, 103 pagina’s; “Grenzeloze haat”, door M. el Ayadi, T. Crijnen,e.a., Uitgeverij Maarten Muntinga, 2001, 173 pagina’s; “Klassenstrijd en fascisme”, Antonio Gramsci, Uitgeverij Sjaloom Odijk, 1979, 179 pagina’s; “Oorlog tekent je leven 1945-1995”, div. auteurs, Uitgave Stichting ICODO, 1995, 118 pagina’s; “Terrorisme en West-Europa”, door C.J. Visser, Uitgave Instituut Clingendael, 1986, 84 pagina’s; “De NSB tussen nationalisme en ‘volkse’ solidariteit“, Red. R. Havenaar, Staatsuitgeverij ‘s-Gravenhage, 1983, 160 pagina’s; “De contra’s en Europa”, Red. Ludo Eijkelkamp, Uitgave Pax Christi Ned., 1988, 168 pagina’s; ”Nederlands racisme”, Anet Bleich, e.a., Uitgeverij van Gennep, 1984, 179 pagina’s; ”Beter een verre buur”, Hans Buis, Uitgeverij S.U.A., 1988, 144 pagina’s; “Bescherming van de burgerbevolking bij een atoomaanval”, Red. W. Verheggen e.a., Uitgave NVMP, 1981, 73 pagina’s; “Face to face with the bomb”, Paul Shambroom, John Hopkins University Press, 2003, 119 pagina’s; “American ground zero”, Carole Gallagher, The MIT Press, 1993, 427 pagina’s; “Racisme als leerzaam incident”, Karolien Bais, Uitgave Instituut voor Publiek en Politiek, 1995, 104 pagina’s; “Last Aid”, E. Chivian, e.a., Uitgeverij W.H. Freeman and Company, 1982, 338 pagina’s; ”Nicaragua ’78”, fotoboek van Koen Wessing, Uitgeverij Van Gennep, 1978, “Politieke moorden en ‘verdwijningen’ in de jaren negentig”, Uitgave van Amnesty International, 1993, 128 pagina’s; “Met gepast wantrouwen”, Renate Rubinstein, Uitgeverij Meulenhoff, 1982, 91 pagina’s; “Burgerlijk ongehoorzaam na denken doen.”, W. Harms e.a., uitgave van ’t Kan Anders, 1984, 88 pagina’s; “After Chernobyl.”, door J.M. Havenaar, Uitgave Universiteit Utrecht, 1996, 175 pagina’s; ”Anarchismus”, door Jan Cattepoel, uitgeverij Goldmann Verlag, 1973, 190 pagina’s; “Sociale verdediging als logisch alternatief”, van J. Niezing, Uitgeverij Van Gorcum, 1987, 159 pagina’s; “Woensdrecht”, Uitgave van De Vredesaktiekampen, 1986, 108 pagina’s;

Het leger onder vuur_klHet leger onder vuur”, De koninklijke Landmacht en haar critici 1945 – 1989, door Coreline Boot, Uitgeverij Boom, 2015, 311pagina’s;

Tussen 1945 en 1989 was de Nederlandse krijgsmacht voortdurend op haar hoede voor een mogelijke aanval van de Sovjet-Unie. Ondertussen voerde zij ook een strijd op eigen grondgebied. Burgers en militairen namen de krijgsmacht op verschillende manieren onder vuur. Oud-verzetsstrijders probeerden in de jaren veertig aan wapens en uniformen te komen om Nederland zelf tegen het communistische gevaar te kunnen verdedigen. Kritische dienstplichtigen keerden zich in de jaren zestig en zeventig op steeds radicalere wijze tegen militaire tradities en omgangsvormen, zoals de verplichte korte haardracht en de groetplicht. Tegelijkertijd won het dienstweigeren aan populariteit, pleitten jongeren voor het opzeggen van het NAVO-lidmaatschap en kreeg het Ministerie van Defensie te maken met talloze gevallen van sabotage. In de jaren tachtig demonstreerden militairen in uniform tegen de kernwapens en brachten antimilitaristen de krijgsmacht publiekelijk in diskrediet. Dit boek heeft een uniek overzicht van deze verschillende protestvormen. Op basis van nog niet eerder geraadpleegde archieven – waaronder dat van de Militaire Inlichtingen– en Veiligheidsdienst (MIVD) – wordt geanalyseerd hoe het Ministerie van Defensie tegen de aanvallen op de krijgsmacht aankeek en welke maatregelen het hiertegen nam. Hierdoor worden bestaande mythes over de omgang van het ministerie met zijn critici op waarheid getoetst.
terug

RECENSIES

guantanamo_dagboekGuantánamo dagboek”, door Mohamedou Ould Slahi, uitgeverij Meulenhoff Boekerij bv, Amsterdam, 2015, 377 pagina’s;
Dit boek is het verhaal van Mohamedou Ould Slahi, van geboorte Mauritaniër, die studeerde en werkte in Duitsland en Canada. Tijdens zijn studietijd in Duitsland, jaren ’80, raakte hij betrokken bij wat eens Al-Qaida zou worden, maar in die tijd sprak men nog van de Moedjahedien. Ronald Reagan sprak vol lof over deze vrijheidsstrijders die de Russen in Afghanistan een lesje zouden leren. Met veel geld, wapens en training hielpen de Amerikanen zo mee met het ontstaan van een gedrocht dat zich eens tegen hun zou keren en het leven van miljoenen mensen zou veranderen. Mohamedou hield het echter na een verblijf in Afghanistan voor gezien en ging weer werken, eerst in Duitsland en later Canada.
In Canada raakt hij betrokken bij de Soenna moskee te Montreal. In deze moskee is, voor de komst van Mohamedou, een persoon actief geweest die later opgepakt zou worden voor medeplichtigheid aan het millenniumcomplot, waarbij oa een auto met explosieven op het internationale vliegveld van Los Angeles tot ontploffing gebracht zou worden. Dit is aanleiding voor een grootscheeps onderzoek naar de moslimgemeenschap in Montreal.
Mohamedou wordt door de politie ondervraagd, maar men kan niet aantonen dat hij op enigerlei wijze betrokken is bij terreur en laat hem weer gaan. Zij familie in Mauritanië is ongerust en vraagt hem om terug te keren. In januari 2000 vliegt hij van Canada naar Senegal alwaar zijn broers hem komen ophalen om naar Mauritanië te gaan.
Hier begint zijn lijdensweg, in Senegal wordt hij opgepakt op verdenking van betrokkenheid bij het millenniumcomplot. Na ondervraging wordt hij onder begeleiding doorgestuurd naar Mauritanië waar hij opnieuw opgepakt wordt.
Hierna begint een lange reis die via Amman en Bagram uiteindelijk in Guantánamo zal eindigen.
Het boek is een lang verhaal van geweld, marteling en intimidatie dat grenst aan het onvoorstelbare. Mohamedou zit op dit moment nog steeds vast in Guantánamo, zonder bewijs dat hij ooit iets met terrorisme vandoen heeft gehad en zonder een rechtszaak.
Er is in de loop van de jaren het een en ander bekend geworden over de zogenaamde CIA gevangenissen die, verspreid over de wereld, gebruikt worden om gevangenen zonder tussenkomst van een rechtbank te kunnen opsluiten en ondervragen.
Een onderzoekscommissie van de Raad van Europa heeft uitgezocht dat er in ieder geval in Polen, Roemenië, Oekraïne, Kosovo, Macedonië en Bulgarije zulke detentiecentra geweest zijn. Een onderzoeker van de EU concludeerde dat er sinds 2001 tenminste 1000 ‘CIA vluchten’ hebben plaatsgevonden, waarbij onder andere Zweden en Bosnië-Herzegovina waren betrokken. In 2008 gaf de directeur van de CIA, Michael Hayden, in een hoorzitting voor de Amerikaanse Senaatscommissie Select Intelligence Committee toe, dat de CIA van ‘contractors’ gebruik maakt bij ‘enhanced interrogations’ (ondervragingen die grenzen aan martelingen) in geheime gevangenissen van de CIA, de zogenaamde ‘black sites’.
Een interessant aspect in dit boek is de martelmethodes die toegepast worden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het compleet isoleren van gevangen, ze weten niet waar ze zijn, welke datum het is en zelfs niet of het dag of nacht is. Voedsel wordt hun op onregelmatige tijden gebracht en ze hebben in het geheel geen contact met de buitenwereld, ze krijgen alleen hun ondervragers te zien. Deze kunnen onbeperkt hun gang gaan met dreigen, (seksuele) mishandelingen enz. Hiermee wordt een afhankelijkheidsrelatie gecreëerd waarmee men tracht hen te breken.
Deze methode is uitgevonden en uitgetest in de jaren vijftig door Cameron. Deze Cameron was een psychiater, werkzaam in Canada en de VS die psychiatrische patiënten trachtte te genezen door totale afzondering, elektroshocks, het toedienen van hallucinerende middelen, hun blootstellen aan hard lawaai etc., hierna wou hij hun psyche opnieuw ‘invullen’. Nadat zijn patiënten nog zieker werden dan ze al waren, er ontstond geheugenverlies, sommigen dachten dat hun ondervragers hun ouders waren, anderen konden niet meer praten, kregen de inlichtingendiensten interesse in zijn onderzoek. Er werd een project gestart ‘MKUltra’ ook wel ‘CIA’s mind control program’ genoemd waarbij onwetende burgers en patiënten in psychiatrische ziekenhuizen gebruikt werden voor veelal illegale experimenten.
In dit boek kun je lezen hoe dit in de praktijk werkt. Als men kijkt naar de omvang van dit systeem kan men rustig spreken van een Amerikaanse Goelag.
terug
neve shalomNederlandse vrienden Neve Shalom/Wahat Al-Salam Oase van vrede”, door B. Heyl, T. Kolster, M. Lok-Funcke, Uitgeverij Eigen boek B.V. Hoofddorp, 2014, 74 pagina’s;
Neve Shalom/Wahat Al-Salam is een dorp in Israël gelegen tussen Jeruzalem en Tel Aviv. Het werd in 1970 opgericht door broeder Bruno Hussar, een priester die de zoon was van joodse ouders geboren in Egypte. Tijdens de tweede wereldoorlog leefde de familie in Frankrijk, vanwege zijn joodse afkomst moest hij vluchten. Hij werd na zijn wijding als priester uitgezonden naar Jeruzalem om hier een leerhuis op te zetten ter bestudering van het Jodendom. Tijdens dit werk kwam hij tot het besef dat Jodendom, Christendom en Islam dezelfde bronnen hebben. Hiermee was de basis gelegd voor zijn levenswerk: het oprichten van een dorp in Israël waar Joden en Arabieren samenwoonden. Op een stuk land dat hem werd geschonken startte hij zijn dorp.
Inmiddels wonen er 50 gezinnen waarvan de helft Joods en de helft Arabisch. Er wordt tweetalig onderwijs gegeven aan de kinderen en men probeert zoveel mogelijk samen te doen. In dit boek een aantal interviews met bewoners. Aan de orde komen: onderwijs aan kinderen, hoe om te gaan met cultuurverschillen, problemen met de buitenwereld, dienstplicht en politieke kwesties.
Neve-Shalom/Wahat al-Salam heeft een aantal Vriendenstichtingen waaronder een in Nederland.
De Nederlandse stichting geeft een nieuwsbrief uit met actuele zaken rondom het project.
Zie: www.nswas.nl
terug
zijn en doen

Eindhoven tegen Ebola: verslag van een missie.

In het begin van dit jaar leek het een gemakkelijke opgave. In het kielzog van diverse andere activiteiten in den lande zouden we in Eindhoven ook een actie gaan opzetten. Het Vredesburo werkt samen met diverse Afrikaanse organisaties en het was al snel duidelijk dat we als coördinatiepunt zouden gaan dienen.
Binnen de kortste keren was het Vredesburo afgeladen vol met vertegenwoordigers van groepen uit Sierra Leone en Guinee. Het plan was snel klaar: goederen inzamelen en zorgen dat ze zo snel mogelijk bij mensen in West-Afrika terecht zouden komen. De moeilijkheden begonnen met het opzetten van een werkbare structuur. Al snel was het voor mij onduidelijk wie wie was en welke belangen er gediend werden. Chaos lag een beetje op de loer. Daarnaast was er een chronisch gebrek aan middelen. Dit werd opgelost doordat de gemeente het initiatief beloonde met een flinke subsidie, waardoor het mogelijk werd om een grote zeecontainer te charteren. Sommige mensen en groepen vielen af, anderen kwamen erbij. Op een gegeven moment bleek het probleem te zijn dat er te weinig kwalitatief goede spullen waren. Terwijl iedereen er vanuit gegaan was dat het geen probleem zou zijn, bleek het een steeds groter probleem te worden. Net als bij voorgaande problemen werd er vooral veel en hard geroepen en bezworen dat het “allemaal goed zou komen”. Naast de praktische kanten was het voor mij ook een ontdekkingstocht door de Afrikaanse manier van dingen doen. Ik moet wel eerlijk zeggen dat het went: je wordt vanzelf iets makkelijker. Na diverse maanden van ploeteren en praten zijn we aanbeland bij het feit dat we ons nu druk aan het maken zijn waar we de container moeten stallen. De regentijd nadert in Sierra Leone en dat betekent dat we moeten opschieten. We gaan er ook voor zorgen dat er iemand ter plekke aanwezig zal zijn voor de coördinatie, omdat velen bang zijn dat de spullen verdwijnen op de zwarte markt en daardoor niet ten goede komen aan de armsten.
Ik denk dat iedereen blij zal zijn als de eerste foto’s terugkomen die gemaakt gaan worden bij het uitladen in Freetown. We hebben met z’n allen geleerd om op een verschrikkelijke creatieve manier de actie en het goede humeur te bewaren. Naast een enorme container hebben we erg veel van en over elkaar geleerd.

ebola

 

Gevleugelde woorden

“Ieder slecht mens kan opschudding en onenigheid teweeg brengen; om vrede en harmonie te stichten is een goed mens nodig.”
Tacitus_ (Rome)

JAARVERSLAG 2014

Klik op de link om naar het jaarverslag te gaan.
terug